cel een of cel twee
een rek
en een emmer
voor de vuutjes
kruiwagen ombrengen
naar de mestvaalt
of nog een keer
flink aanstampen
kistjes afwegen
(twee cijfers achter de komma
met een halve cirkel er omheen)
kistjes met een groen randje
eerste soort
tweede soort
gevliesde of open
de middelgang of de zijkant
de kar in de middelgang
of hangend aan de verwarming
in de zijgang
vier looplampen
met ijzeren rekjes eromheen
en een haak om aan "d'n bak" te hangen
d'n onderste, d'n twede,
d'n dorde of d'n boffenste
niet iedereen had een lamp
en je kon ook zonder rek
geen rek was een drumstel
je riep om een kistje
of later een bak
de eerste vlucht
en de tweede, derde
soms vierde of vijfde
zout op de mummies
of traners
eerst
cel inzetten
broed enten
afdekken
later dan
als we de laatste
champignons plukten
mochten we de vuutjes
op de bak omkiepen
uitstomen
cel uitrijden
niet af